Categorieën
Reisverslagen

Reisverslag Sri Lanka 2016

Sri Lanka 19 december 2015 tot 9 januari 2016:

Dag 1:

Lekker rustig ontbeten. Laatste spullen gepakt en huis klaargemaakt voor 3 weken afwezigheid. Even voor 12 rijdt Walter voor. Desgevraagd op de voorafgaande woensdag bleek hij alleszins bereid om ons weg te brengen. Ook Rita komt nog gedag zeggen. Birdy’s en bagage in de achterbak en op weg naar Schiphol. Inchecken duurde relatief lang maar geen probleem met de Birdy’s: ‘odd size luggage’. Qatar Airlines vlucht vertrekt op tijd. Beetje slapen onderweg. Transfer in Doha, uurtje vertraging, veel etensaanbod onderweg. Nog ’n beetje slapen.

Dag 2:

Zondagochtend lokale tijd 9:30 uur waren we in Sri Lanka, Bandaranaike AirPort. Birdy’s zonder schade gearriveerd. Eerst gepind en toen ingegaan op taxi-aanbod naar Negombo. We hadden besloten om daar te starten en Colombo (de hoofdstad) aan het eind van de trip te bezoeken. De start is dan iets rustiger en Negombo ligt dichtbij het vliegveld. Het guesthouse dat we via booking.com geboekt hadden, bleek onze boeking niet verwerkt te hebben, ons niet te verwachten. Waarschijnlijk zat het vol. Jammer want het zag er wel leuk uit. Onze taxichauffeur bracht ons naar het hotel van zijn oom. Dat hotel had hij ons onderweg al willen slijten (much cheaper) maar wij wilden toen nog trouw blijven aan onze reservering. Dit alternatief was prima, wat minder sfeervol maar met uitzicht op zee. We hebben een kort dutje gedaan, gedoucht en daarna eerst de Birdy’s uitgepakt. De localo’s keken naar de transformatie als was het een Hans Klok show; leuk. Daarna zijn we naar het strand gewandeld. Prachtige catamaran-achtige vissersboten op het strand. Veel locale mensen in en bij de branding. Prettig sfeertje. Eind van de middag de eerste heerlijke Lion biertjes (Strong, 8,8%) gedronken op een gezellige plek aan het strand met goede WiFi. Leuk om even met een paar naasten te verbinden. Slechts 100m noordwaarts van ons MB (Marijke Buijs?) hotel bleek het door de onovertroffen LonelyPlanet geadviseerde Petit Restaurant te liggen. Heerlijk vis en garnalen gegeten en toen naar bed.

Dag 3:

De volgende dag besloten we een fietstour te maken naar een natuurpark waar je een boottocht kon boeken bij het bezoekerscentrum. Even wennen aan het verkeer hier. Want het is echt een chaos. Auto’s, tuktuk, vrachtverkeer, brommers, fietsers en voetgangers…. alles beweegt zich door en om elkaar heen. En soms nog met aardig hoge snelheden. Ja, dat is wel even wennen om daar tussen te fietsen.

En natuurlijk een hoop claxons!

We hebben het bezoekerscentrum niet kunnen vinden. Overal gevraagd, oude mannen met sarong op de fiets, reden nog een stuk met ons mee. Maar niets gevonden. Dan maar geen boottocht, het zou trouwens inmiddels toch te laat worden. Wel hebben we een stuk langs het Hamilton Canal gefietst. Dit kanaal is rond 1640 gegraven door de Nederlanders, die hier toen zaten. Het was voor transport van goederen.

Tegen 17:00u waren we weer terug. Lekker eten (LP-aanbevolen: Tusker Restaurant) en gaan slapen want volgende dag gaan we echt vertrekken.

Dag 4:

Na het ontbijt vertrokken we richting Puttalam. Wat een drukte op de weg! Goed opletten dus. Onderweg regelmatig stoppen om te drinken, want het is warm. Ludo moest erg naar de toilet, dus even vragen… lieve meneer zei meteen dat hij met hem mee mocht naar zijn huis. Dus opgelost. In hetzelfde plaatsje (Marawila) bleken we – dankzij CityMaps2Go – een afslag naar een rustige weg naar Chilaw direct aan de zee te kunnen nemen. Dat lucht op! Meteen heel relaxed fietsen en heerlijke zeewind. Genoten van de dorpjes en de taferelen waarbij groepen vissers in samenwerking met drijfnetten hun vangst het strand op trokken.

Bij Chilaw kwamen we weer op de drukke hoofdweg. We besloten om nog ongeveer 15km te fietsen want dan kwam er – dit keer dankzij onze landkaart – weer een mogelijkheid om een rustige kustweg te nemen. Daar zouden we dan ergens in een van de dorpjes halverwege wel kunnen overnachten. Dachten we. Bij het hulppostkantoor nagevraagd of er een hotel in de buurt was. Na nogal wat vijven en zessen werd ons verzekerd dat er zeker een zou zijn na ongeveer 8km: ‘Wattawan Hotel, near the Kalidarwala!’ Dus dat zag er goed uit. De weg hield eventjes verder op, weggeslagen door de rivier, maar er was een supersmalle voetgangersbrug gemaakt om naar de andere kant van het water te komen. Een brug ja, maar het was er een waar alle gevonden planken en deuren met touwen aan elkaar gebonden waren. Je kon er met de fiets net overheen, het laatste stukje moest iemand je helpen. Maar zonder kleerscheuren aan de overkant geraakt.

We hebben trouwens erg veel bekijks met onze fietsen. Zoiets hebben ze nog nooit gezien. Ze vragen wat de fietsen kosten en of we ze verkopen. Wat betreft de prijs: die houden  we hier op € 500,=. Want om de werkelijke prijs te vertellen dat zou voor hier een jaarsalaris zijn. Lijkt ons niet zo’n goed idee.

Het was wel een prachtig stuk om te fietsen en je bent even alleen op de wereld.

Bij het postkantoor hadden ze de naam van het hotel en de plaats opgeschreven. Ofschoon we geen enkel reclamebord of wegwijzer zagen wist iedereen in het dorpje wel waar het was. Dus wij er heen, met in ons hoofd de verwachting van een luxe resort. Een zandpad volgend, weer eens vragen of we goed zaten. Maar niets van een hotel. We zagen wel een gebouw dat het zou moeten zijn, maar het toegangshek was dicht. Ludo er dus overheen geklommen en er heen gelopen. Na even zoeken bleken er slechts 2 mannen te wonen die vertelden dat ooit geprobeerd was om er een hotel te starten. Maar niet gelukt vanwege gebrek aan water en stroom. Dus wij weer terug naar het dorpje. Het werd al wat later en we waren moe. Dus in het dorp bij de kiosk waar we eerder informatie ingewonnen hadden wilden we een taxi regelen die ons naar Puttalam kon brengen. Maar zoiets regelen met mensen die geen Engels spreken…. valt niet mee. Er kwamen steeds meer mensen bij. Ze snapten het wel enigszins en een vrouw belde iemand op die uitstekend Engels sprak. Dus Ludo kon hem uitleggen wat het probleem was: geen slaapplaats en we zitten vast op een plek waar niets is en we zijn erg moe. Dat werkte. Er werd een busje geregeld, Birdy’s en wij erin. En op weg naar Puttalam. Ten oosten van de stad werden we door de sympathieke chauffeur afgeleverd bij een nogal vervallen guesthouse. Maar met heerlijk eten. Tegen de muggen worden rookspiralen aangestoken en onder tafel gezet. Werkt goed.

De mensen hier wiebelen ook met hun hoofd zoals in India. Erg grappig, want ze zeggen geen ja of nee maar wiebelen gewoon even met hun hoofd als goedkeuring.

Ook hier zie je weer de rode klodders op straat van de uitgekauwde Beetle nut.

En de eerste koeien op straat zijn we inmiddels ook tegengekomen. En ja, ook links rijdend verkeer, even wennen. Wel grappig dat Ludo’s spiegel links zit ?.

Dag 5:

Goed geslapen, niet erg proper maar na een goed ontbijt zijn we gaan fietsen richting Anuradhapura. Onderweg lieve mensen ontmoet en lekkere juices gedronken. Mensen lachen en zwaaien naar je. Veel mensen roepen ‘bye, bye’ vooral kinderen. Onderweg gaan tuktuks of motorrijders naast ons rijden om een superkort praatje te maken. Veel, heel veel straathonden, soms agressief, vervelend. Het verkeer is chaotisch en gevaarlijk. Op de motor zit vaak een heel gezin, vader, moeder en een of zelfs twee kinderen, de laatste meestal zonder helm. Geen autogordels, vrachtautootjes waarvan de laadbak vol mensen zit waaronder veel kinderen, gewoon los. Je moet er niet aan denken dat er opeens vol geremd moet worden.

We fietsen op een hoofdweg maar een stuk rustiger dan de hoofdweg van gisteren naar Puttalam. Goed te doen, wel verkeersongeval gezien: vrachtwagen was ingereden in de poort van een huis en een militaire bus stond met heel wat schade langs de kant. Waarschijnlijk beide te hard gereden en inhaalmanouevre niet toegestaan. Vooral bussen rijden vaak veel te hard en halen in voor een bocht. Van een 2-baansweg wordt hier gewoon een 3-baansweg gemaakt.

Om 15:30u arriveerden we in Milano guesthouse. Aanbevolen door Lonely Planet. En terecht. Hier geboekt voor 2 nachten, misschien 3, maar dat wordt morgen beslist. Lekker Lion Strong (8,8%) en heerlijk eten.

Dag 6:

Vandaag Anuradhapura verkend. De stad behoort tot een van de oude steden in Sri Lanka  vanwege zijn oude tempels (Stupa’s). Het zijn merendeel ruïnes waar de Stupa herbouwd en/of gerenoveerd is. Bijzonder heilige plekken waar dus ook heel veel pelgrims zijn. En vandaag vanwege een vrije dag hier, bijzonder veel met name vrouwen allemaal in het wit gekleed. Ze komen met bussen vol en gaan er bidden. Overal bij de grote Boeddhabeelden staat een grote kist vol geld. Alles gedoneerd door de mensen die er bidden en bloemen leggen.

We hebben dit gebied met de fiets verkend omdat dat de beste manier was vanwege de onderlinge afstanden van de bezienswaardigheden. Heel bijzonder was de plek waar een hele oude boom als heiligdom is verklaard: Sri Maha Bodhi. Deze plek was wel bijzonder druk, ook vanwege volle maan. Er wordt beweerd dat deze boom (afkomstig uit India) de oudste door mensen geplante boom ter wereld is, meer dan 2000 jaar oud.

Eind van de dag maar weer in ons guesthouse gegeten, want er was geen gezellig restaurant in de buurt te vinden.

Dag 7 (Kerstdag):

We wilden vroeg op de fiets zitten, dus 6:30 uur ontbijt. Daarna vertrokken naar Sigiriya, 75km. De hoofdweg was goed te fietsen, niet erg druk maar wel weer bussen die je met veel getoeter en volle snelheid voorbij razen. We wisten voor Habarana een afslag te nemen om de hoofdweg een stuk te vermijden. En dat was erg aangenaam. Een bijzonder mooi pad door de rijstvelden. Stond niet op de onvolprezen CityMaps2Go maar wel ongeveer op onze landkaart. Nadat we de hoofdweg overgestoken hadden hebben we een stukje verder lekkere soep gegeten in een resort, en om 15:00u arriveerden we in Sigiriya. Het guesthouse dat we hadden gekozen, zat vol. De mevrouw stuurde ons naar een ander dichtbij: Relax. Dat bleek ook vol te zitten, maar vader en dochter regelden een logeerkamer voor ons in hun huis. De volgende dag was er wel een kamer vrij. Dat was natuurlijk erg aardig en dat hebben we dus ook gedaan. Na een heerlijke Lion bier gedronken te hebben, want we hadden wel dorst, zijn we ons gaan douchen met de ‘WC-kraan’ en heerlijk gaan eten in het guesthouse: dahl, rijst, groenten, kip en vis. Heerlijk was het! Maar het duurde wel een tijdje voor we het op tafel hadden. Relax guesthouse, doet zijn naam eer aan!

Dag 8:

Vroeg opgestaan (6:00u) om de rots Sigiriya, te beklimmen. Sigiriya betekent leeuw. Het is een enorme hoge rots, waar een koning ooit zijn paleis op heeft gebouwd. Het is een wonder hoe hij dat voor elkaar heeft gekregen. Want het is enorm hoog en steil. Heel veel treden hebben we omhoog geklommen. In de rots mooie muurschilderingen gezien, die bijzonder goed intact zijn gebleven. Van de muren van het kasteel en reservoirs zijn slechts ruïnes over. De oorspronkelijke tuinen omgeven door een gracht zijn ook nog heel duidelijk te herkennen. Het was goed dat we het advies om vroeg te gaan opgevolgd hadden, want toen we op de terugweg waren zagen we een hele file mensen op de trappen heel traag naar boven gaan. Toeristen maar ook heel veel locale mensen die deze periode vrij hebben.

Na deze culturele ochtend hadden we  voor de middag een olifantensafari geboekt. Het duurde wel een tijd voordat er olifanten te zien waren maar uiteindelijk toch 3 groepjes gezien. Waarvan er een ontzettend dicht bij de jeep kwam eten. Het zijn wilde dieren, dus gevaarlijk. Wel heel leuk in een prachtig natuurgebied Hurulu Ecopark.

De terugrit met de jeep was spectaculairder: de chauffeur racete over een smalle weg en bij tegenliggers nam hij amper vaart terug. Dus wel regelmatig billen samen knijpen. Want wij stonden los in de achterbak. Terug in het guesthouse maakten we de eerste tropische regenbui mee.

Na een heerlijke maaltijd vroeg naar bed.

Dag 9:

Het was droog dus we stapten om 7:15 uur op de fiets richting Kandy. We zouden bekijken tot waar we zouden fietsen, ook afhankelijk van het weer. Want er was regen voorspeld. Eerste 20km een rustige weg met links en rechts groene rijstvelden.

Daarna moesten we de hoofdweg volgen, Kandy Road. Druk en veel geclaxonneer en enorme vuile lucht. Maar wel bijzonder om in dit gekrioel te fietsen. Onderweg enorme Boeddha beelden en mooie tempels gefotografeerd. Nog een stukje rustige parallelweg gevonden. In Matale (30km voor Kandy) soep gegeten en na het einde van tropische regenbuien besloten om door te fietsen naar Kandy. Na nog een hevige klim en een fijne afdaling arriveerden we rond 17:00 uur in Kandy. Het aanbevolen guesthouse van Lonely Planet was weer vol geboekt en ook Mango Lodge maar de eigenaar belde even en verwees ons naar het iets hoger gelegen homestay: The Glen.

Een bijzonder aardige man (Dean) in sarong stond ons op te wachten. Mooie kamer en bijzonder lieve mensen.

Snel biertje gaan drinken in de Mango Lodge en daar ook heerlijk gegeten. Daarna vroeg en vermoeid naar bed.

Dag 10:

Na het ontbijt het plan gemaakt om eerst een treinticket te regelen voor de volgende dag naar Nuwara Eliya. Dit stuk willen we overbruggen met openbaar vervoer omdat het nogal heftig is qua klim, 82 KM klimmen vonden we toch te veel van het goede ook omdat veel regen verwacht werd. Maar treintickets waren niet meer te krijgen, dus besloten we er met de bus heen te gaan. Op het busstation geïnformeerd wanneer de bussen rijden. Nou elk half uur rijden er airconditioning bussen en de tickets kun je gewoon in de bus kopen. Op het treinstation hebben we wel al het treinticket van Galle naar Colombo gekocht voor de vrijdag voor onze vlucht. Die rit schijnt heel mooi te zijn en we liepen door deze vroegboeking niet het risico dat de trein ook weer volgeboekt zou zijn.

Daarna de bezienswaardigheden in Kandy gaan bekijken. De tempel met de tand van Boeddha was natuurlijk bijzonder heilig en dus geen blote benen en geen schoenen veroorloofd. Weer heel veel biddende mensen, met name vrouwen. Een mooi geheel.

Daarna om het meer gewandeld naar het bijzonder eigenaardige hotel Helga’s Folly. Eigenaardig vanwege de muurschilderingen en plafonds. Beetje Dali-achtig. Geen plekje  niet beschilderd. Marijke vond het zelfs een beetje spookachtig.

Daarna naar de vooraf gereserveerde dansshow. Ze hadden ons verteld er op tijd te zijn zodat we een goede plek vooraan zouden hebben. Maar wat bleek: al die plekken vooraan waren al geblokkeerd voor groepen. Een man maakte zich er bijzonder boos om en ging gewoon vooraan zitten. En terecht. Ludo ging dus ook vragen waarom wij niet vooraan konden zitten en… dat werd goed gevonden. De show was acrobatisch en erg leuk.

Na een heerlijk avondmaaltijd, weer in Mango Hotel, vroeg naar bed.

Dag 11:

Na het ontbijt eerst naar Mango Lodge om twee TukTuk’s (een voor de fietsen en een voor onszelf) te regelen om ons naar het busstation te brengen.

Daarna de Birdy’s opgevouwen en ingepakt. Meneer en mevrouw Glen volgden het geheel in volle verbazing. Rit naar het Goodshed Busstation; daar werden ze in de klaarstaande bus geladen.  Wij hadden de 2 laatste plekken in de bus: klapstoeltjes in het middenpad. Voor de fietsen moesten we een extra plek betalen. Maar ach, de busrit kostte slechts 200 Rs (€ 1,30) per persoon. Na ongeveer 2 1/2 uur naar een hoogte van 1888 meter door de prachtige heuvels met theeplantages, arriveerden we in Nuwara Eliya, de hoogste stad in Sri Lanka. Het was wel mistig en regende, wat jammer was voor de uitzichten. Op het busstation ontvouwde Ludo de beide fietsen weer onder veel bekijks en zelfs applaus van een man. Bij het Single Tree Guesthouse een kamer geboekt en het stadje ingelopen. Niet veel te zien, wel een mooi park. Lekkere Lion Strong gedronken in een Pub. Daarna wilden we – op advies van de Lonely Planet – eten bij een Indisch restaurant. Maar dat bleek enorm geliefd te zijn en de wachttijd was 1 1/2 uur. Nou dat gingen we dus niet doen en we hebben uiteindelijk heerlijk gegeten in ons eigen guesthouse.

Dag 12:

Het was flink bewolkt en regende met tussendoor flinke opklaringen. We zijn op de fiets gestapt om naar Lovers Leap te fietsen en wandelen. Dit is een waterval. De theeplukkende Tamil vrouwen in de theevelden was een prachtig gezicht. De Ceylon thee is wereldwijd bekend en komt dus hier uit dit gebied vanwege de hoogte. De vrouwen verdienen slecht, zo’n $ 4,- per dag. Hiervoor moeten ze tussen de 20 en 30kg thee plukken.

De origineel Britse eigenaren hebben destijds voor het plukken uit India deze Tamils gehaald omdat zij goed hierin waren. Nu zijn de eigenaren van Sri Lanka en de arbeiders nog altijd de Tamil vrouwen, die leven onder slechte woonomstandigheden: geen stromend water, geen electriciteit. De Tamils zijn hier een 2de rangs bevolkingsgroep die in opstand zijn gekomen (Tamil strijders) maar uiteindelijk is de opstand door het leger in mei 2009 geheel de kop is ingedrukt met heel veel slachtoffers.

De middag zijn we met busje naar een theefabriek geweest om te zien hoe het proces van blaadje tot thee gaat. Jammer genoeg zagen we geen werkende machines maar hebben goede uitleg gekregen. Vooral van onze chauffeur die onderweg alles vertelde over de theeblaadjes.

Na lekker eten vroeg naar bed.

Dag 13 (Oudjaarsdag):

Rond 8:30 uur vertrokken naar Haputale. Ongeveer 55km. De eerste 20km over de hoofdweg alleen maar afdalend. Daarna afgeslagen en verder via een binnenweg. Prachtig en rustig, wel hier en daar heftig klimmen. Er waren op verschillende plekken wegwerkzaamheden. In Haputale een leuk guesthouse Sri Lak View kamer geboekt. Leuke plek met prachtig uitzicht.

Samen flesje wijn gedronken om oudjaarsavond te vieren.

De naam ‘Sri Lanka’:

Voor de Singalezen is het altijd Lanka geweest. De Portugezen (1506) hebben de naam ‘Sinhala-dvipa’ (eiland van de Singalezen) verbasterd in Ceiläo. De Nederlanders (1602) veranderden het in Ceylan en de Britten (1796) uiteindelijk in Ceylon.

In 1972 is de naam Lanka weer ingevoerd met als toevoeging ‘Sri’ een titel van respect.

Dag 14 (Nieuwjaarsdag):

Plannen weer aangepast en besloten om van Haputale naar Tissa te fietsen. Wel een lange rit van ongeveer 120 KM, maar het meeste bergafwaarts. We vertrokken met wat motregen en het was een  beetje fris in de bergen. Maar al heel snel moest ons vest/jasje uit want het werd er veel te warm voor. Onderweg kwamen we voorbij een mooie waterval Diyaluma Falls. En ook nog even afgeslagen naar een 1000 jaar oude Boeddha in de rotsen, Buduruwagala.

Onderweg Coco gedronken, dat kun je echt overal krijgen en een lekkere maïskolf gegeten. In Tissa een erg leuke overnachtingsplek gevonden: Golden Park. Twee jonge vrienden zijn dit 8 maanden geleden gestart. Erg leuk, schoon en bijzonder vriendelijk. Uitstekende WiFi.

Deze plek vind je toevallig omdat de andere plek vol geboekt was. Er is dan altijd wel iemand die je iets aanbeveelt. En ze laten altijd eerst de kamer zien, daarna beslis je of je er wilt blijven.

Lekker vis en crab gegeten in een origineel Sri Lankees restaurant aan de hoofdweg. Meer een soort van schuur maar heerlijk eten. Minpuntje: ze verkochten er geen bier. Maar dat kregen we wel in het restaurant aan de overkant…

Dag 15:

Rustig vertrokken richting Bundala Park. Dit park is bekend vanwege de vele vogels. Het ligt in moerasgebied en er loopt ook een heerlijk rustige weg doorheen. Prachtige vogels gezien: ijsvogels, vele soorten reigers, ibis, gekleurde ooievaar (painted stork), bijeneters. Ook buffels die lekker in het water verkoeling zochten en veel apen. Het was een prachtige fietstocht. De eerste lekke band was vlug verholpen.

Onderweg valt steeds weer het contrast op tussen de manier waarop de mensen omgaan met de private en de publieke ruimte. Het erf om de eigen huizen wordt steeds weer aangeveegd; geen rommel, afval of blaadjes. Maar de publieke ruimte is een vrijplaats voor afval. Overal rotzooi, langs de weg, op elke straathoek, onder bomen, in de bermen, in sloten en watertjes. En daar doen de vele straathonden, de apen en de vogels zich tegoed. Afval en stank wisselen onderweg af met heerlijke kookgeuren en de geur van rokende vuurtjes waarop maïskolven worden gekookt.

En steeds weer worden we toegeschreeuwd: ‘Hello!’, ‘Where are you from?’, ‘Where do you go?’, ‘One pen, bonbon, money?’  Beetje hinderlijk langzamerhand.

We besloten om in Hambantota te overnachten. Geen zin in lange fietstocht. Hier aangekomen vroegen we naar een guesthouse. Er was al snel iemand die Engels sprak en ons meenam naar zijn guesthouse aan de kust, Happy Beach House. Het was dus voor ons uiteindelijk een privé guesthouse aan de zee. Nog even naar de haven, maar het was te donker voor foto’s.

De zuidkust van Sri Lanka is door de Tsunami in 2004 ook ernstig getroffen. Meer dan 30.000 slachtoffers. Een visser vroeg ons waar we vandaan kwamen en vertelde dat door Nederlandse donaties de vissers nieuwe boten hebben gekregen. Een magere man in het dorp, die we al 3x tegenkwamen, vertelde ons op de vertrekdag dat zijn hele gezin verdronken is. Ze zaten 2e kerstdag ’s morgens naar een cricketwedstrijd op TV te kijken en zijn overrompeld door het water. Hij was niet thuis, maar kon nu ook niet meer thuis zijn omdat hij dan gek werd van zijn herinnering. Heel verdrietig.

Hambantota:

Een stad waar de president Rajapaksa met Chinese financiering een prestigeproject van gemaakt heeft. Een internationale luchthaven waar geen vlucht gebruik van maakt, snelwegen met weinig verkeer en een grote zeehaven met nauwelijks schepen. Heeft miljoenen gekost maar weinig zinvol. Misschien toch beter geweest om het geld te gebruiken voor meer welvaart voor de mensen.

Overal in het land staat hij afgebeeld op grote borden langs de weg.

Dag 16:

We vertrokken richting Tangalla. Ongeveer 45km. Net voor het plaatsje afgeslagen naar de Marakolliya Beach en lekker Lion Lager onder de palmbomen voor onze ‘eigen’ bungalow Villa Araliya. Heerlijk leven.

Bejaard Duits homostel en een leuke Singalees die dit guesthouse runnen.

En natuurlijk in de golven van de Indische Oceaan genieten. En heerlijk vis gegeten aan de zee.

Dag 17:

Deze dag naar Mirissa. Daar willen we 2 dagen blijven om een boottocht naar de walvissen te maken. Na 4 uurtjes fietsen arriveerden we en vonden we een plek aan het strand om te overnachten: Surf View.  Hier betaal je dubbele prijzen als je aan het strand wilt bivakkeren. Volop jonge mensen om te surfen.

De Indische oceaan is een heerlijke verkoeling.

’s Avonds aan het strand visje uitgezocht dat heerlijk werd geprepareerd. Het is hier wel the place to be. Het werd steeds drukker met vooral jonge mensen. ’s Avonds en ’s nachts discodreun.

Dag 18:

Om 6:45u werd op onze deur geklopt met de mededeling dat we met de TukTuk opgehaald en naar de haven gebracht werden. Met de boot naar de walvissen. Er waren veel meer boten met toeristen onderweg, sommige stampvol, die van ons gelukkig niet. We hebben de walvissen goed en duidelijk kunnen spotten. Moeilijk om op de foto vast te leggen.

Ook nog vliegende vissen, kwallenvelden en een eenzame schildpad gezien. Een vissersboot kwam nog even vissen aan boord gooien in ruil voor wat yoghurtjes. Het was 3 uurtjes erg leuk.

De rest van de dag geluierd.

De nacht was erg rumoerig, feest met live music tot 3:00u in de ochtend. Een enorm gedreun.

Dag 19:

We wilden ontbijt en vervolgens afrekenen, maar iedereen lag nog te slapen, te veel disco zeker. Dus 5.000 Rupees op de kamer achtergelaten, omdat we de 2e nacht nog niet afgerekend hadden. Een vrouw van het hotel vroeg nog waar we de sleutel hadden. Als zij het geld in haar zak stopt als gulle tip van die Nederlanders hebben we daar geen bezwaar tegen; het hotel is geen aanrader: veel te duur, nachtelijk lawaai en een zeer irritant-aanwezige, beetje louche “manager”.

Dus op weg naar Galle dit keer al vroeg 7:30u. Halverwege besloten we af te slaan naar een theeplantage. Korte omweg. Op deze plantage Hundungoda Tea Estate wordt witte (virgin) thee geproduceerd. Dit is exclusieve thee van de echt jongste blaadjes van de theeplant die met schaartjes geknipt worden. Dus niet aangeraakt door mensenhanden. Het is een idealistische plantage opgericht door Herman Gunaratne.

Deze thee wordt verder niet verwerkt maar slechts gedroogd. Het zou heel goed zijn om allerlei ziektes te voorkomen. In vergelijking: de blaadjes voor de black tea plukken de vrouwen gemiddeld per dag 20 tot 30kg, de blaadjes voor de white tea slechts 200gr.

Daarna via binnenweggetjes naar Galle gefietst.

Al snel bij leuk guesthouse ingecheckt: guesthouse Weltevreden. Biertjes drinken, douchen, tropische regenbui.

Gewandeld over de vestigingsmuur. Jammer dat er geen mooie zonsondergang was.

Heerlijk devilled prawns gegeten in Huize Weltevreden.

Dit was onze laatste fietsdag. Totaal hebben we 11 dagen gefietst en 772 km afgelegd.

Dag 20:

Vandaag hebben we de stadswandeling gemaakt die in de Lonely Planet staat. Het oorspronkelijke Galle is vanaf 1640 voor een belangrijk deel door de Nederlanders gebouwd. De meeste gebouwen zijn gerestaureerd en het is erg plezierig om in de smalle straatjes te wandelen. Veel minder verkeer, wel heel toeristisch. Maar het gewone leven is hier gewoon aanwezig met scholen, winkeltjes en rechtbank. Het toerisme heeft dit niet verdrongen.

Tijdens de tsunami in 2004 heeft dit oude gedeelte van Galle door de vestigingsmuur en door de door Nederlanders aangelegde afwatering veel minder schade opgelopen dan het nieuwe deel van Galle.

Dag 21:

De fietsen ingepakt en dat werd door mede-toeristen en de aardige oude eigenaar van huize Weltevreden met bewondering gadegeslagen. Met 2 TukTuks naar het station gebracht waar we de trein naar Colombo hebben genomen. De tickets (eerste klas) hadden we al in Kandy gekocht. Oude trein maar airconditioning in deze klasse en ruime zitplaats. Ook hier was iedereen op het perron behulpzaam, want het was even uitzoeken welke wagon we moesten instappen en waar de Birdy’s geplaatst konden worden.

De mooie treinrit gaat geheel langs de zee, het laatste stuk zelfs eigenlijk zo’n beetje over het strand. Vlak voor Colombo reden we door het gebied waar de vissers wonen, deze huisjes zijn erg armoedig: houten huisjes en daken met van alles in elkaar gezet. Met een tsunami wordt hier direct alles weggeveegd. De trein rijdt zo’n beetje door de “tuin” van de mensen.

Op het station Colombo-Fort aangekomen weer 2 TukTuks naar guesthouse YWCA (young women christians association). Een mooi ruim guesthouse.

In een soort van fastfood restaurant gaan eten, waar we voor een biertje verwezen werden naar de aangrenzende supermarkt. Deze biertjes konden we vervolgens gewoon in het restaurant drinken en we kregen er nog een coca cola beker bij.

Dag 22:

De allerlaatste dag in Sri Lanka. Na ontbijt eerst een mooie houten olifant gekocht, die wilde Ludo graag meenemen naar Alkmaar. Daarna met de bus naar de markt in Pettah. Wat een chaos, gekrioel, geuren en geluiden. Het is weer overweldigend. Dit is Azië.

Mannen duwen of trekken volgeladen karren, of dragen pakken op hun hoofden. Een enorme handel, je vraagt je af hoe toch al die zaakjes hun brood kunnen verdienen. Veel stoffen, kleding, groeten en fruitmarkt waar de appels en komkommers in prachtige stapeltjes liggen. De geuren van de kruiden zijn overweldigend, evenals alle straatgeluiden, het geclaxonneer en geroep. Het is een enorme drukte, waar iedereen zich in beweegt en helemaal geen problemen maakt. Als iemand je raakt dan volgt er direct een excuus.

In een lokaal restaurant thee gedronken en lekkere snacks gegeten.

Langs de zee en door wijken met supersmalle steegjes gewandeld.

Aan het eind van de dag nog de zonsondergang gezien op Galle Face Green waar veel mensen liepen te flaneren en smullen van de vele snacks die er te koop zijn. Hier komen we een enkele bedelaar tegen, wat we de afgelopen weken niet eerder gezien hebben.

Opvallend is dat hier erg veel bouwprojecten zijn. In Colombo speciaal, maar eigenlijk overal waar we zijn geweest zie je dit. Een boomende economie.

Terug naar ons YWCA, olifant opnieuw in de rugzak gepakt, gedoucht. En vervolgens van 21:00u tot 00:00u op de veranda heerlijk biertjes drinkend, mijmerend, kletsend gewacht op de ons beloofde taxi, die een beetje laat arriveerde. Hij stond blijkbaar bij een ander guesthouse.

Maar we waren ruim op tijd op de luchthaven voor de terugvlucht naar huis. Birdy’s laten sealen en daarna de gebruikelijke security checks.

Dat was 3 weken Sri Lanka, een prachtige reis.

Zondag stonden we om 16:00u weer lekker onder onze eigen douche….

—————————————–

Vlag van Sri Lanka:

Deze is ontwikkeld in 1948. Met als hoofdzaak de leeuw, die het Singalese volk vertegenwoordigd. De gouden kleur symboliseert het Boeddhisme. In 1951 zijn er groene en oranje strepen aan toegevoegd die de moslims en hindoes symboliseren. En in 1972 zijn de 4 blaadjes van de Bodhi Tree toegevoegd. Zij symboliseren “liefde” , “compassie” , “gelijkheid” en “geluk”.

 

________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________